Met de terugkeer van de wolf naar Nederland, nemen oude fabels weer bezit van ons. Sommige politici [VVD] spreken alweer over afschieten van wolven. Maar het grootste gevaar is onze eigen onwetendheid over het leven van een wolf.
Mens en wolf.
Veel mensen zijn bang dat als de wolf terugkeert in de Nederlandse natuur, zij oog in oog komen te staan met een wolf en mogelijk worden aangevallen. Het is al vaker na voren gebracht. De wolf is mensenschuw. In de afgelopen 50 jaar zijn in Amerika, Europa en Azie slechts 17 slachtoffers gevallen. De helft daarvan had betrekking op de eerste periode toen hondsdolheid nog volop voorkwam onder wolven maar ook onder vossen. [link]
In vroeger eeuwen was hondsdolheid een van de voornaamste oorzaken van aanvallen, waarbij in de meeste gevallen de mens de wolf opzocht. Vaak ging het om herders met hun kuddes of jagers die wolven in het nauw dreven. Een andere reden is dat mensen vaak de neiging hebben om dieren, ook roofdieren, te voeren. Met name in Amerika heeft dat geleid tot opdringerige wolven.
Bijzonder in de discussie is dat nu de angst ineens opleeft in Nederland, terwijl vele Nederlanders elk jaar op vakantie gaan in wolvengebieden. Vaak bezoeken Nederlanders buitenlandse natuurgebieden [wandelen, fietsen etc] die feitelijk wolven gebied zijn. Maar er is nauwelijks sprake van direct contact, laat staan dat men aangevallen wordt.
Vee en wolf.
Wolven jagen bij voorkeur op wilde hoefdieren en kleiner wild. In sommige gevallen, bij aanhoudend tekort aan wilde dieren, richt de wolf zich ook op door de mens gehouden kuddes vee. Vee is echter goed te beschermen tegen eventuele aanvallen door wolven. Goed schrikdraadraster, vee nachts stallen, waakhonden die in de kudde leven, houden wolven op afstand. Met name waakhonden zoals de anatolische herder, is zeer effectief. Uit verschillende onderzoeken is inmiddels gebleken dat honden en vossen voor vee een veel grotere bedreiging zijn dan wolven. Dit laat zich wederom verklaren uit de schuwheid van de wolf, waar vos en hond veel opportunistischer zijn. [link]
Spreiding.
Lange tijd werd gedacht dat voor wolven in Nederland geen plaats meer is. Door de hoge bevolkingsdichtheid en de versnipperde natuur die door vele [auto]wegen wordt doorkruist, zou natuurlijke spreiding niet mogelijk zijn. Onderzoek met gezenderde wolven laat zien dat de wolf zich goed aanpast aan dergelijke omstandigheden. Menig wolf uit Duitsland en Italie heeft tijdens zijn spreiding, eenvoudig menselijke barrieres overwonnen. Ook de versnippering van wild bleek weinig problemen op te leveren.
Ecologie.
De terugkeer van de wolf maar ook andere grote roofdieren zoals de Lynx, zijn een belangrijke aanwinst voor de ecologische structuur in Nederland. Wolven zorgen niet direct voor lagere aantallen prooidieren door jacht maar eerder door stress bij de prooidieren. De kadavers die wolven achterlaten zijn zeer gunstig voor kleinere aaseters zoals raaf, gier of zeearend. Ook blijkt de omgeving van wolvennesten gemeden te worden door directe prooidieren, het kaal eten wordt tegengegaan, waardoor andere flora kan ontwikkelen en diersoorten zich kunnen vestigen. Hierdoor ontstaat meer diversiteit in het betreffende gebied. [link]
Het grootste probleem is niet de terugkeer van de wolf maar onze eigen onwetendheid en onvermogen om te kunnen omgaan met grotere [roof] dieren in onze directe nabijheid. Te vaak en te snel is de menselijke reflex dat alles wat men niet kent of begrijpt, bestreden moet worden. Ongeacht of er nu wel of niet sprake is van dreiging. Het debat over de terugkeer van de wolf, maar ook de lynx, dient niet te gaan of deze hier thuishoren of welkom zijn, maar hoe wij als mens leren om te gaan met deze dieren en waar nodig de gepaste voorzorgsmaatregelen nemen om bijvoorbeeld vee af te schermen. Het is voor onze leefomgeving beter om te investeren in een goed hekwerk dan in een schot hagel.